Dit is een tijdelijke pagina. Er wordt ondertussen gewerkt aan een nieuwe website.

augustus 2010 – De AU in autisme

DE AU IN AUTISME
Column van Wereldmeisje
augustus 2010

De laatste tijd ben ik steeds meer gaan worstelen met mijn autisme. Er gaat al maanden geen dag meer voorbij zonder dat ik me mislukt voel en gefrustreerd over mezelf raak. De zo typisch autistische chaos en overprikkeling spelen me dagelijks parten. Steeds vaker ben ik me af gaan vragen wanneer autisme lijden wordt? Wanneer kun je zeggen, dat een autist aan zijn autisme lijdt? Waar zit de AU in autisme?

In een helder moment temidden van mijn interne chaos kwam ik onlangs tot de conclusie dat de AU in de opgeslotenheid van de autist zit. Wanneer de autist keihard opbotst tegen de muren van zijn eigen gevangenis. Daarmee bedoel ik niet de ‘veilige wereld van de autist die in een hoekje zit en met geen mens contact wil’. De AU is juist daar voelbaar waar de autist in contact treed met zijn medemens en ook zelf dit contact wil. Dan merkt hij dat hij uit de pas loopt met de ander, dat er miscommunicaties zijn, dat de ander niet meer te volgen is of dat hij de ander niet kan bereiken. Het gevoel achter te lopen doet pijn. Altijd op 1-0 achterstand te staan, zoals een mede-autist het onlangs noemde. Het is een eenzame pijn, dat het zelfvertrouwen ondermijnt. Deze eenzame pijn bereikt een maximum en dieptepunt wanneer de autist zijn niet-autistische medemens niet meer kan bereiken. Vaak gaat het dan op het vlak van de taal mis. Verbaal en non-verbaal.

Naar mijn idee is er dan sprake van een ernstig ´verwoordingsprobleem´. In zijn innerlijk gevecht met communicatie lukt het de autist niet om zichzelf voldoende of überhaupt naar de ander te verwoorden. Om zichzelf verstaanbaar te maken. En dat kan wanhopig maken. Het voelt vooral heel ´opgesloten´. Hier wordt autisme lijden.
Het mijzelf niet kunnen verwoorden voelt als een bezegeling van mijn gevangenis. Het is geen keuze om zo opgesloten te zitten, het is een onvermogen, ook al is deze tijdelijk. En soms neemt dat onvermogen absolute vormen aan. Dan is het een chaotisch moeras in mijn hoofd. Mijn hersenen zijn heel druk en struikelen over elkaar heen, mijn gedachten rennen mijn hoofd door. Ik heb alleen geen taal meer tot mijn beschikking. Geen taal om mijn innerlijke ervaringen te benoemen. Niet voor mijzelf, laat staan voor mijn medemens. Dan is er geen innerlijk houvast via de taal mogelijk
Daar komt bij dat elke druk van buiten mij, zoals ergens naar toe moeten, een medemens die op antwoord wacht en ongeduldig wordt of harde geluiden, tot een systeemblokkade kan leiden. Dan is het tijdelijk onmogelijk geworden om iets te denken of te doen. Hoe druk het dan ook in mijn hoofd is, ik weet niet wat ik denk. En ik kan mezelf ook even niet in beweging krijgen om dat te doen wat ik wilde gaan doen. Het kan dan zelfs slechts gaan om mijzelf aankleden. Dan zijn als het ware alle deelstappen om dat te realiseren uit mijn hoofd gewist. Ik ren dan mijn hersenpan door, op zoek naar die deelstappen. Al sprokkelend naar taal daarvoor.

Ik kan het bijna niet onder woorden brengen hoe moeilijk, eenzaam en pijnlijk het is. Zulke situaties zijn te vergelijken met als je de dwingende opdracht krijgt om voor de bestuurder de kaart te moeten lezen terwijl je blind bent. Zo onmogelijk kan het voelen en zijn om met de ander te communiceren. Om woorden te vinden. Opgesloten in mijzelf.
Het zijn ervaringen die het zelfvertrouwen ondermijnen. Het leidt tot zelffrustratie, en soms tot zelfhaat. Het voelt ook gewoon heel naar om zo geblokkeerd en zonder taal te zitten terwijl ik nota bene hoogintelligent ben. In mijn hoofd vind ik het op zulke momenten gewoon verschrikkelijk. Dan wil ik mijn hoofd eraf rukken, het in elkaar schoppen en slaan. Ik wil taal, contact, houvast. Niet de wanhoop, de zelffrustratie, het me zo doodmoe voelen van alle worsteling met communicatie.
Wanneer ik me zo opgesloten voel, huil ik van binnen. Geen tranen over mijn wangen, maar des temeer langs de binnenwanden van mijn schedel. Tranen op de stekende pijn af die van het moeras van mijn hersenen via mijn luchtpijp naar beneden stromen en stokken op mijn borstkas. Ik schreeuw dan van binnen, en hoe zo groter mijn verwoordingsprobleem en hoe meer opgesloten in mijzelf, hoe zo meer mijn geschreeuw te pletter valt tegen de muren van mijn autistische gevangenis. Hier is mijn AU in mijn autisme. Lijden aan autisme pur sang.

Gerelateerde berichten